Participatie bij de Omgevingswet
Wij vinden het belangrijk dat ideeën en plannen voor onze leefomgeving samen met inwoners worden gemaakt. Dit noemen we participatie. We hebben een aanpak voor participatie gemaakt om je hierbij te helpen.
Tip: bekijk het filmpje over participatie (Deze link gaat naar een andere website).
Werkwijze participatie
De werkwijze participatie is voor iedereen met een plan, een idee of een initiatief in onze gemeente. Als initiatiefnemer moet je jouw plan bespreken met inwoners, ondernemers of instellingen. Onderstaande aanpak helpt je om het juiste gesprek te hebben met de juiste mensen. En dus de participatie op een goede manier aan te pakken. Maar het is niet verplicht om het op deze manier te doen.
Stappenplan initiatiefnemer (omgevingsdialoog)
1: Maak een overzicht van iedereen die ermee te maken heeft (belanghebbenden)
Maak een overzicht van iedereen die je moet samenbrengen voor jouw plan. Bijvoorbeeld door op een kaart een cirkel rondom je plan te tekenen. De mensen in deze cirkel hebben direct met jouw plan te maken. Hoe groot de cirkel is, hangt af van de gevolgen van jouw plan. Bijvoorbeeld voor uitzicht, geur, geluid of het milieu. Hoe groter de gevolgen, hoe meer mensen ermee te maken hebben.
Er kunnen nog andere groepen zijn waarvan je graag de mening wilt horen. Zoals een bewonersvereniging, sportvereniging, ondernemers, milieugroep, belangengroep of een maatschappelijke instelling. Dit zijn de mensen die er indirect mee te maken hebben. Schrijf deze ook op. Wij kunnen je eventueel helpen om een overzicht te maken van iedereen die ermee te maken krijgt.
2: Beschrijf mogelijke meningen en waarom mensen betrokken zijn
Goed communiceren en anderen op tijd betrekken, kan helpen bij het oplossen van problemen. Om een goed gesprek te hebben met anderen, is het belangrijk om te weten wat belangrijk is voor hen. Ze kunnen blij zijn met jouw plan, maar jouw plan kan ook zorgen voor weerstand. Bijvoorbeeld omdat zij er last van kunnen hebben.
Beschrijf goed alle meningen en alles wat gevoelig ligt. Dit blijft natuurlijk jouw eigen inschatting. Geef hierbij ook aan wat de gevolgen zijn voor de inwoners. Hebben zij straks minder uitzicht, zon of privacy? Komt er een verandering in het landschap, of krijgen ze te maken met geluidsoverlast?
3: Bepaal de gevolgen voor de omgeving
Bepaal hoe groot de gevolgen zijn voor de omgeving. Zijn er veel belanghebbenden en zijn er veel dingen die gevoelig liggen? Dan heeft jouw plan grote gevolgen voor de omgeving. Het bouwen van een dakkapel of schuur heeft alleen gevolgen voor je buren. Het bouwen van een appartementencomplex, de aanleg van een zonnepark of kinderboerderij heeft veel meer gevolgen voor de omgeving.
Bepaal de impact van jouw plan met de participatiecheck
4: Kunnen belanghebbenden meedenken?
Bepaal of de belanghebbenden nog ergens over kunnen meedenken, om overlast of verlies aan uitzicht, zon of privacy te verminderen. Kun je samen met hen het plan maken? Dit zijn vragen die je vooraf beantwoordt. Houd ook rekening met wetten en regels. Je bepaalt dus vooraf waarover belanghebbenden nog kunnen meedenken of meebeslissen. Dit zorgt voor duidelijkheid.
5: Maak een participatieplan
Je weet nu waar belanghebbenden over mee kunnen denken of beslissen. Nu maak je een plan voor wanneer je met ze in gesprek gaat en op welke manier. Dit kan op verschillende manieren, zoals een persoonlijk gesprek of een buurtbijeenkomst. Je kunt ons ook hulp vragen om belanghebbenden erbij te halen. In sommige gevallen kan een gespreksleider helpen, die geen voor- of nadelen heeft door jouw plannen.
Bij een initiatief met grote(re) gevolgen, kun je te maken krijgen met weerstand, gevoeligheden of tegenstrijdige belangen. Blijkt uit de participatiecheck dat je een groot initiatief hebt? Dan adviseren wij om eerst contact met ons op te nemen. Samen bespreken we jouw initiatief en alle eerdere stappen en maken we een participatieplan. Het kan zijn dat we een gesprek organiseren voor jouw initiatief. Je blijft wel zelf verantwoordelijk voor het contact.
6: In gesprek met belanghebbenden
Heb tijdens jouw contact met belanghebbenden aandacht voor hun belangen, zorgen en bezwaren. Geef aan waarover ze mee kunnen denken of beslissen. En op welke punten die ruimte er niet is en waarom. Maak tot slot goede afspraken over het vervolg.
7: Maak een verslag van het traject en de uitkomsten
Beschrijf alle bezwaren, zorgen, ideeën, opmerkingen en de gemaakte afspraken in een verslag. Schrijf ook op of je wel of niet jouw plan aanpast na de opmerkingen. Hiervoor kun je het formulier voor een omgevingsdialoog gebruiken.
Download formulier voor omgevingsdialoog (PDF, 1.6 MB)
Stuur je verslag naar alle belanghebbenden. Vraag om een schriftelijke reactie en geef aan wanneer je die wilt ontvangen. Noteer de reacties letterlijk in het verslag. En zet erbij van wie welke reactie is.
8: Vertel betrokkenen wat je met hun opmerkingen gaat doen en waarom
Blijkt uit de reactie van belanghebbenden dat ze het nog steeds niet eens zijn met jouw plannen? Leg dan uit wat je met hun bezwaar gaat doen en waarom. Doe dat ook als je niets aan dat bezwaar kunt doen, vanwege wettelijke eisen of de eisen van de gemeente. We adviseren je om aan alle belanghebbenden te laten weten wat de uitkomsten zijn van het participatietraject. Laat daarbij ook weten welke stappen je verder gaat nemen. Deel dit ook met belanghebbenden die niet aanwezig waren bij een informatieavond of bijeenkomst.
9: Groot initiatief: stel eventueel jouw participatieplan bij
Soms loopt het anders dan gedacht. Door nieuwe informatie kan het participatietraject voor jouw plan veranderen. Maar ook het participatietraject zelf kan anders lopen. Als bijvoorbeeld de meningen van belanghebbenden toch anders zijn dan je dacht. Ook kunnen belanghebbenden van gedachte veranderen. Of kunnen nieuwe belanghebbenden zich melden. Pas jouw aanpak en overzicht van belanghebbenden aan als dit nodig is.
10: Stuur jouw vergunningaanvraag in met gespreksverslagen en een samenvatting van de communicatie
Heb je de samenwerking met belanghebbenden goed afgesloten? Dan is het tijd om een omgevingsvergunning of wijziging van het omgevingsplan aan te vragen. Of een adviesaanvraag te doen. We ontvangen daarbij graag een korte samenvatting van het participatieproces en de uitkomsten ervan. Beantwoord in het verslag van jouw participatieproces de volgende vragen:
- Heb je alle belanghebbenden gesproken?
- Hoe waren de gesprekken met omwonenden en andere partijen?
- Waren er spanningen?
- Zijn er bij meerdere omwonenden dezelfde bezwaren?
- Heb je op basis van de gesprekken jouw plan aangepast? Zo ja, wat heb je aangepast?
- Stuur ook eventuele presentaties, versies van jouw plan en andere manieren van communicatie met jouw verslag mee. Hierdoor hebben wij een goed beeld van wat je allemaal gedaan hebt.
Het college van burgemeester en wethouders en/of de gemeenteraad beslist over jouw initiatief. We laten je weten wat het besluit is en hoe dit tot stand is gekomen.
11: Blijf belanghebbenden informeren
We besluiten over jouw aanvraag voor een vergunning, een wijziging van het omgevingsplan of principeverzoek. Na dit besluit kun je verder met jouw plannen. Soms kun je meteen beginnen met het uitvoeren ervan. Soms is er nog een vervolgproces. Hoe jouw traject ook verder gaat: blijf altijd de belanghebbenden informeren. Geef bijvoorbeeld aan wanneer je start met de bouw en waar ze terecht kunnen met vragen of klachten.
Wettelijke mogelijkheden belanghebbenden
Omwonenden en andere belanghebbenden kunnen hun belangen behartigen in de formele (vergunning)procedure. Ze kunnen zienswijzen indienen tegen een wijziging van het omgevingsplan en bezwaar maken tegen bouwplannen. Vervolgens nemen wij een besluit over deze bezwaren. Als iemand het daar niet mee eens is, dan kan hij in beroep gaan bij de rechtbank. Met een goed participatietraject hoop je dit te voorkomen.
Stappenplan belanghebbende
Als belanghebbende wil je misschien ook weten wat je kunt doen. Deze werkwijze helpt je om op een goede manier in gesprek te gaan over plannen van iemand anders.
1: Er is een plan of initiatief in jouw wijk/buurt
Iemand heeft een plan of initiatief in jouw wijk of buurt. Je kunt dit op verschillende manieren horen. Via de initiatiefnemer, buren, de krant, een nieuwsbericht of sociale media. Het kan zijn dat je hier graag meer over wilt weten.
2: Welke informatie is beschikbaar?
Je wilt graag meer weten over het initiatief. Je kunt actief op zoek gaan naar informatie, in kranten of op het internet. Je kunt ook contact opnemen met de initiatiefnemer. Bijvoorbeeld aan jouw buurman vragen hoe groot zijn aanbouw wordt en hoe dicht deze op de erfgrens komt te staan. Of waar het zonnepark komt te liggen en om hoeveel panelen het gaat.
3: Bepaal wat je vindt van het initiatief
Heeft het plan gevolgen voor jou? Heb je door de plannen bijvoorbeeld minder uitzicht, zon of privacy? Verandert het landschap? Of heb je straks overlast door het plan? Zorg dat je weet wat voor jou de voor- en nadelen zijn van het plan.
4: In gesprek met initiatiefnemer
Initiatiefnemers moeten met jou en andere belanghebbenden in gesprek gaan. De initiatiefnemer kan zijn plan uitleggen. En aangeven op welke punten je mee kan denken en beslissen. Samen maken jullie afspraken over het vervolg.
5: Een goed verslag
De initiatiefnemer moet een verslag maken van alle gesprekken die hij of zij met belanghebbenden heeft. In het verslag moet staan wat er besproken is. Je mag dit verslag lezen en jouw reactie hierop geven. Jouw reactie moet de initiatiefnemer in het verslag zetten.
6: Groot initiatief: participatieaanpak
Bij een groot plan kun je te maken krijgen met meer weerstand, gevoeligheden of tegenstrijdige belangen. Bijvoorbeeld bij het bouwen van een appartementencomplex, de aanleg van een voedselbos, zonnepark of kinderboerderij. Bij grote plannen vragen wij aan de initiatiefnemer om contact met ons op te nemen. Wij willen graag zorgen dat alle meningen duidelijk zijn. Het kan zijn dat we een gesprek organiseren voor het plan.
Bij grote plannen kan de initiatiefnemer een onafhankelijke procesbegeleider gebruiken. Dat is een begeleider die geen voor- of nadelen heeft van het plan. Deze procesbegeleider zorgt voor een goed gesprek waarin iedereen kan zeggen wat hij vindt. De procesbegeleider is er voor alle deelnemers aan het gesprek.
7: Aanvraag door initiatiefnemer
Na het participatietraject kan de initiatiefnemer zijn aanvraag insturen. Het verslag met jouw reactie hoort bij deze aanvraag. Net als een samenvatting van het participatieproces. Als er een onafhankelijke procesbegeleider was, dan vertelt deze aan het college van burgemeester en wethouders wat iedereen vindt. Dit helpt bij het nemen van een besluit. Het college van burgemeester en wethouders beslist over het initiatief.
8: Het besluit en vervolgtraject
Wij maken het besluit bekend via de website www.officielebekendmakingen.nl (Deze link gaat naar een andere website). De initiatiefnemer moet jou dit besluit en de rest van het proces laten weten. Hij kan bijvoorbeeld aangeven wanneer hij gaat starten met de bouw en voor welke overlast dit zorgt. Je kunt ook zelf contact opnemen met de initiatiefnemer. Doe dit ook wanneer je vragen of klachten hebt. Kom je er met de initiatiefnemer niet uit? Neem dan contact op met ons op.
Je bent het niet eens met een besluit van de gemeente
Het kan zijn dat je het niet eens bent met een besluit van de gemeente over een plan. Je kunt dit laten weten via de onderstaande formele procedures.
1: Zienswijze bij de aanvraag tot wijziging omgevingsplan
Soms vragen initiatiefnemers om een wijziging van het omgevingsplan. De gemeente maakt dit besluit bekend via de website. Als je het niet eens bent met het besluit kun je schriftelijk een zienswijze indienen. Je moet dit binnen zes weken na het besluit doen. In jouw zienswijze zet je de volgende informatie.
- Het voorlopige besluit waar je het niet mee eens bent
- De redenen waarom je het er niet mee eens bent
- De datum waarop je jouw zienswijze hebt geschreven
- Jouw naam en adres en handtekening
Je kunt ook een afspraak op het gemeentehuis maken, waarbij je jouw zienswijze uitlegt.
Wanneer het college van burgemeester en wethouders een definitief besluit neemt, kijkt ze ook naar jouw zienswijze. Soms verandert het besluit hierdoor. Is dit niet het geval? Dan kun je bezwaar maken of in beroep gaan.
2: Bezwaar na afgifte omgevingsvergunning of bij definitief besluit wijziging omgevingsplan
Het definitieve besluit over omgevingsvergunningen of wijziging van het omgevingsplan maken we bekend via onze website. Het kan gebeuren dat je het niet eens bent met een besluit. In het besluit van de gemeente staat of je bezwaar kunt maken.
Je kunt dan een bezwaarschrift indienen. In jouw bezwaarschrift leg je uit waarom je het niet eens bent met het besluit. De gemeente moet dan opnieuw beslissen. Het is goed om advies te vragen voordat je bezwaar maakt. Dit kun je doen bij jouw rechtsbijstandsverzekeraar of een advocaat. Dit advies kan wel geld kosten. Ook staat in het besluit naar welk adres je jouw bezwaarschrift moet sturen. Dit moet je wel binnen 6 weken doen.
3: In beroep bij de rechtbank of de Raad van State
Heb je bezwaar gemaakt tegen het besluit van de gemeente? En is jouw bezwaar afgewezen? Dan kun je tegen de afwijzing in beroep gaan bij de rechtbank. Dit moet je doen binnen zes weken na afwijzing van jouw besluit. Op www.rechtspraak.nl vind je meer informatie over de inhoud van het beroepschrift en staan voorbeeldformulieren.
De rechtbank vraagt aan de gemeente om een reactie te schrijven. Dit noemen we een verweerschrift. Ook stuurt de gemeente alle stukken van de zaak naar de rechtbank. Vervolgens houdt de rechtbank een zitting, waarbij je aanwezig mag zijn. Soms, bijvoorbeeld als de stukken overduidelijk zijn, doet de rechter uitspraak zonder een zitting. Ben je het niet eens met de uitspraak van de rechter? Dan kun je in hoger beroep gaan bij de Raad van State.
Vind je dat het spoed heeft om het plan tegen te houden? Om te voorkomen dat er een onomkeerbare situatie ontstaat? Dan kun je ook een verzoek indienen bij de Raad van State. Dit heet een verzoek om een voorlopige voorziening. De rechter bekijkt of jouw verzoek terecht is. Hier zijn kosten aan verbonden.